Bent u al beledigd na het lezen van mijn titel? Excuus want zo negatief als u het kan hebben gelezen, zo positief is de titel bedoeld.
Toen ik aan Lex, directeur van het Cultuurhuis Heerlen, vroeg: “wat moet ik zeker gaan beluisteren/bekijken voor de Afgrond?” antwoordde hij: “Arno Adams.”En braaf als ik ben kwam ik luisteren.
Mijn eerste gedachte was, mooie muziek voor oudere mensen. Het publiek was gemiddeld boven de 40, zoniet 50. En Arno maakte mooie muziek. Een bijna ouderwetse troubadour. Nee niet bijna ouderwets, gewoon ouderwets. Arno gaf toe, met een zekere trots zelfs, dat hij nooit op het internet vertoeft. Hij zei niets te willen weten van social media en andere moderne technische middelen ter communicatie. Zijn liedjes handelden dan ook de hele avond over nostalgie. Oude liefdes, oude plekken, zijn ouders vroeger. Zijn meest geliefde plek leek de Maas, veelbezongen in zijn nummers. De teksten leken niet bijzonder, niet veel meer dan rijmelarij en eenvoud.
Dat was het kritische gedeelte. Ik bleef zitten. Ik bleef luisteren. En ik zag en ik hoorde wat Arno deed. Arno deed veel meer dan zingen. Arno plukte zijn gehele publiek van de stoel en zoog ze naar het podium. Bij hem, naast hem. En heel het publiek voelde alsof ze meezongen. En ze zongen daadwerkelijk mee. Met weemoed in de stem zongen ze zijn teksten woordelijk mee, alsof ze zelf op die plekken geweest waren. En als Arno een grapje maakte, lachten ze allen alsof ze oude vrienden waren, die het samen hadden beleefd.
Arno bracht geen muziek, hij bracht een beleving. Ik weet zeker dat mensen naar huis zijn gegaan met een zucht. Een traan nog in het linkeroog. Een laatste slok nemend van hun biertje. En gelukkig.
Arno verzorgde de avond niet alleen. Mike Roelofs hielp hem muzikaal en dat deed hij uitstekend. En als je denkt, die naam ken ik toch, waar heb ik die ook alweer gehoord? Kijk dan op; mikeroelofs.com